Translate

maandag 21 oktober 2013

Weet iemand nu nog wat Bockbier is?

Afgelopen zaterdag was weer eens de verkiezing van het lekkerste Bockbier. Komende week zal het beste Bockbier worden verkozen en er zullen wel meer verkiezingen van bockbieren zijn, door media en wie weet door een lokale kroegbaas. bockbier is in. Maar wat is het?

Wie denkt dat "Bockbier" een strak omschreven biersoort is, die vergist zich. De bierverordening, eigenlijk het enige waaraan brouwers zich hebben te houden, is uitermate vaag. Elk bier uit de categorie S mag zich Bockbier noemen. Kleur, smaak, ingrediënten en ook de tijd van het jaar waarin het op de markt is: maakt allemaal niet uit. En zo heb je naast de najaarsbock en meibock ook lentebock, zomerbock en winterbock. Een brouwer die een seizoen niet lang genoeg vindt kan altijd nog een "lente - zomerbock" uitbrengen of een andere combinatie. Zoek het als consument maar uit.

Ook binnen de categorie "herfstbock" of gewoon "Bockbier" kom je een grote variëteit tegen. He ebst herinner me ik nog de eerste slok van wat Grolsch onder die naam uit bracht: een zoet bier dat me op geen enkele manier aan de andere bocken die ik geproefd had deden denken. Maar ze werden wel meteen marktleider en een tijd lang vond elke brouwer dat ze vooral zoet moesten brouwen. Gelukkig zijn met name de kleine brouwerijen daarop terug gekomen. Maar wat er voor in de plaats is gekomen?

Op het Bockbierfestival zijn de bockbieren in een reeks categorieën ingedeeld heb ik me laten vertellen. Dat is al heel wat, maar ik heb in elk geval nog nooit gehoord waar ik de bij de verkiezing van het beste Bockbier gehanteerde criteria voor elke categorie kan vinden. Als dat aan mij ligt hoor ik dat graag, maar als ik het al niet weet, hoe zit het dan met de consument? Weet hij werkelijk wat hij kan verwachten als hij een flesje bockbier opent? Of een Dubbelbock?

Ik weet op dit moment nog niet welke bieren ik afgelopen zaterdag heb gedronken. De hele zoete waren er niet bij. Maar smaak en kleur verschilden behoorlijk en ook van andere proevers hoorde ik soortgelijke verhalen. En allemaal waren dat blijkbaar "standaard bocken" of "zware bocken". Brouwers experimenteren er op los met de stijl blijkbaar. En er zijn  heel fraaie bieren bij. Maar zijn het bockbieren? Ik kwam op[ facebook een bericht tegen dat de Belgen er met onze traditie vandoor gaan door ook bockbieren te gaan maken. En ik was het daar mee eens. Maar als ik even door denk: wat doen we in Nederland? Zijn we nog bezig met die traditie of doen we zelf ook mee aan het steeds verder oprekken van de bieren die als Bockbier verkocht worden? Ik denk soms het laatste.

Misschien zouden we eens na moeten gaan wat nu eigenlijk een traditioneel Bockbier is. We hebben een aantal bierhistorici die uit hebben gevonden wat de eisen zijn die aan een kuitbier gesteld moeten worden, dus met een veel recenter bier als Bockbier moet dat ook lukken denk ik dan. laten we bieren die aan die eisen voldoen een predicaat "traditioneel Bockbier" geven met een mooi logo. Laten we verder iedereen die een minder traditioneel bockbier wil voeren vooral door laten experimenteren, maar dan zonder dat logo te gebruiken. Kijken of we zo naast alle vernieuwingen ook de traditie nog een beetje hoog kunnen houden!

maandag 14 oktober 2013

Hoe bezittelijk is een bezittelijk voornaamwoord?

"Blijf van onze Zwarte Piet" af schreven mensen en dat was heel erg blijkbaar, want racistisch. Maar klopt dat eigenlijk wel?

De critici wisten te melden dat mensen dien het over "onze Zwarte Piet" hadden vonden dat Piet hun eigendom was. En dat ze dus de baas over hen konden spelen. We zouden zelfs denken dat we er voor betaald hebben. Even kreeg ik de neiging om hier nog in mee te gaan ook, maar inmiddels slaat de twijfel bij me toe.

Naar ik begrepen heb stond in 1943 ergens gekalkt "vuile rot moffen, blijf met je rot poten van onze rot joden af" (hoewel er geen bronnen uit die tijd lijken te zijn die dat aantonen). Dat dit betekende dat die joden het eigendom van de overige Nederlanders zouden zijn. In tegendeel ik heb altijd gehoord dat dit juist een teken van aanhankelijkheid was.

Aangezien ik niet vaak aan Koninklijk Meervoud doe gebruik ik vaker "mijn" dan "ons"of "onze". Maar ik heb het wel over "mijn moeder" of "mijn vader". Er zijn mensen die ik als mijn vrienden beschouw. Amsterdam noem ik wel "Mijn stad" en hoewel het misschien wel zo lijkt als de aanslag voor gemeentelijke belastingen binnen komt betekent dat niet dat ik die stad betaald heb. En ik heb geen enkel moment het idee dat ik de baas over die stad ben.

Blijkbaar hoeft het gebruik van bezittelijke voornaamwoorden niet automatisch te betekenen dat degene die ze gebruikt aan eigendomsverhoudingen denkt. Er lijkt een tweede betekenis te zijn. Als ik dat moet omschrijven kom ik uit op "er bij horen". De uitdrukking over die joden betekende dat ten minste één Amsterdammer vond dat joden gewoon bij de bevolking van Amsterdam horen. Als ik het heb over "mijn stad", dan betekent dit dat ik me er thuis voel, er bij hoor.

Zo bezien kunnen de mensen die de "racistische" uitdrukkingen hebben gebruikt wel eens heel iets anders bedoeld hebben dat de critici denken. Zouden ze niet gewoon hebben willen zeggen dat ze vinden dat ze Zwarte Piet bij ons land hoort? Dat het daarom een graag geziene gast is, die we niet graag zouden willen missen? Zo denk ik over "Mijn vrienden".

Er zullen ongetwijfeld mensen zijn die denken dat ik wat krom is recht probeer te praten. Dat ik het racisme van anderen probeer te verdoezelen. Van hen vraag ik me wel af hoe vaak ze het hebben over "mijn vrouw/man/partner" en vooral wat ze daar dan mee bedoelen...

dinsdag 8 oktober 2013

Mythbuster in Whiskyland?

Robin Brilleman heeft weer een boek uitgebracht. Dit keer geen chemische formules of geschiedenis over een eiland, maar 102 mythen, die ontkracht dan wel bevestigd worden.

Ooit was ik er eens getuige van hoe een mevrouw in het jenevermuseum in Schiedam uitlegde dat ze in die stad heel trots waren op een grote distilleerder die  wereldwijd exporteerde. "Moet je niet zijn" was het antwoord van Robin Brilleman die ook aanwezig was. waarna hij haarfijn begon uit te leggen hoe de verhalen die de marketingmensen rond strooiden niets met de werkelijkheid te maken hadden. Het werd hem niet in dank afgenomen.

In het boek 102 mythen uit Whiskyland komen marketing mensen er niet altijd even goed af. In het verhaal op de achterkant staat dan ook dat Robin geconstateerd heeft dat veel mythen "aantoonbaar niet juist, verzonnen (zijn) en nog steeds zorgvuldig in stand (worden) gehouden door de marketingmensen in de Whiskywereld" Wie het boek leest merkt dat  de schrijver op zijn kenmerkende wijze, direct en met veel kennis van zaken, afrekent met een aantal mythen. Waaronder een aantal waarvan hij in het voorwoord ruiterlijk toegeeft dat hij ze zelf ook verteld heeft in het verleden.

 Zo is er het verhaal dat distilleerders bij de aanschaf van een nieuwe ketel de deuken die in de oude zaten er weer in (laten) slaan, omdat de snaak van de whisky anders zou veranderen. Onzin toont Robin aan. Ook het verhaal dat koeien in Schotland zo blij zijn omdat ze de draf uit de distilleerderij krijgen wordt genadeloos aangepakt. In die draf zit, net als in de bier bostel, nog geen alcohol. Bovendien gaat de draf vaak niet meer naar koeien weet hij te melden. En zo gaat het 102 mythes, plus nog een aantal kleintjes, door.

Al met al een zeer lezenswaardig boek voor wie van Whisky houdt en er tegen kan dat het verhaal dat hij op verjaardagen altijd zo graag vertelt hier doorgeprikt wordt, Gelukkig dan wel met genoeg informatie om een beter verhaal te houden. Bij dat laatste heeft Robin wel eens de neiging vooral compleet te zijn, wat op sommige plaatsen resulteert in een opsomming van distilleerderijen, whisky's, of andere feiten die het plaatselijk een beetje droog maakt. Ik merk bij mij de neiging om over die opsommingen heen te lezen, om weer verder met het verhaal te kunnen en daarna met het volgende. Op die manier is het een boek dat je moeilijk neer kunt leggen en geneigd bent door te lezen tot de laatste pagina. wat mij betreft een aanrader!

zondag 6 oktober 2013

Waarom wordt de Sint gedwongen om te discrimineren?

Al je zwarte medewerkers ontslaan, daar witte voor in de plaats in dienst nemen en die dan een zwarte veeg over de wang geven zodat het minder opvalt. Mag dat? Eén werkgever moet dat zelfs.

Het is weer zover. Bij de gemeente Amsterdam zijn bezwaren binnen gekomen tegen de intocht van Sinterklaas, omdat er Zwarte Pieten bij zijn en dat is volgens ene Quincy Gario “beledigend en discriminerend, maar ook op gespannen voet met de nota Buitenevenementen, die verordonneert dat evenementen moeten bijdragen aan het innovatieve en creatieve imago van de hoofdstad.” Ga er maar aan staan.  In het Parool legt hij een en ander niet uit, maar meestal is het probleem dat Piet een slaaf van Sint zou zijn. Daarvoor wordt dan verwezen naar een of andere onderwijzer uit de negentiende eeuw, die Piet voor het eerst getekend zou hebben. Of gewoon naar het feit dat hij zwart is, er zijn blijkbaar mensen die dat al genoeg vinden om er vanuit te gaan dat hij slaaf is.

Ik maak Zwarte Piet nu toch al enige tientallen jaren en ik moet zeggen: voor mij is het gewoon apenkool. Sinterklaas heeft voor de enorme prestatie die hij elk jaar weer moet leveren een enorme organisatie op gezet. Met diverse specialisten en natuurlijk ook weer de nodige managers.  Hoe groot het werknemersbestand is weet niemand, elke poging om ze te tellen loopt keer op keer spaak. Het enige dat we weten is dat tot aan de CEO (die voor het gemak hoofdpiet genoemd wordt) ze een zwarte huidskleur hebben. Sint neemt blijkbaar liever geen witte mensen aan.

Menig werkgever die er een dergelijk personeelsbeleid op na houdt zou daar minimaal mee weg komen, of zelfs een prijs ontvangen vanwege het feit dat hij zoveel allochtone werknemers in dienst heeft en ook in het topmanagement van zijn bedrijf volop laat mee draaien. Maar Sinterklaas niet. Die moet op zijn oude dag horen dat hij zou discrimineren.  Zou activist en kunstenaar Quincy Gario soms een keer een zakje zout in zijn schoen gekregen hebben en daarom wat rancuneus zijn? Je zou het denken.

Ik mag nog steeds graag de intocht van Sinterklaas in Amsterdam bijwonen. Wat me dan altijd opvalt is dat het een feest is waar mensen van allerlei etnische afkomst gezamenlijk aan mee doen.  En de kinderen roepen om het hardst om Piet, welke kleur ze zelf ook hebben.  Voor hen is Piet niet achtergesteld, laat staan slaaf. Laten die volwassenen die de intocht willen blokkeren daar eens een voorbeeld aannemen en nagaan of het niet gewoon hun eigen vooroordelen zijn waar ze tegen strijden.