Translate

dinsdag 11 juli 2017

Zo maar wat losse einden

Als je met toch een beetje schaamrood op de kaken moet bekennen dat je al een tijd niet meer geblogd hebt wordt het toch tijd om weer eens wat te schrijven. Nu word ik met enige regelmaat geplaagd door het feit dat een bekende Amsterdamse Bierhandelaar ook zo nodig moest gaan bloggen en sindsdien me regelmatig net voor is. Daarom zo maar wat losse einden, waar ik ook wel niet de eerste mee zal zijn.

Ooit waren er twee verenigingen van brouwerijen die strikt gescheiden waren. Het "Klein Brouwers Collectief" voor de kleintjes en het "Centraal Brouwerij Kantoor" voor de grote. Die laatste hoorde je met enige afschuw te bekijken, de eerste te koesteren. Inmiddels hebben ze beide een andere naam. CBK werd "Nederlandse Brouwers" en het KBC werd Craft. En wat meer is: de scheiding is minder strikt, doordat brouwerijen van beide lid worden. Maken we het nog mee dat beide verenigingen samen gaan?

De naamsverandering van KBC naar Craft en bijbehorende beleidswijziging bracht wel mee, dat brouwerij het IJ geen lid meer mocht zijn. Op zich te begrijpen, omdat ze nu eenmaal (deels) over zijn genomen door een brouwerij die zelf geen craft brouwerij is. En toch schuurt het. Voor mij hoort het IJ nog steeds bij die brouwerijen die op een moment dat Nederland nog stevig in de ban van Pilsener was een beweging in gang zetten waar veel nieuwelingen schatplichtig aan zijn. Voor mij doet het denken aan toen het Zythos Bierfestival zulke regels bleek te hebben dat Hildegard met brouwerij Urthel niet meer mee mocht doen. Zulke regels kunnen nooit goed zijn denk ik dan. Maar in beide gevallen zal ik wel het onderspit blijven delven.

Een onderwerp waarbij bier en chips altijd van pas komen is de discussie over bouwerijhuurders. Normaal ongetwijfeld zeer aimabele mensen lijken spontaan het schuim op de mond te krijgen en de strijd krijgt de felheid van een religieuze twist. Nu zijn er ook rekkelijken en preciezen in dit verhaal. Aan de ene kant de mensen die in bloemrijke bewoordingen duidelijk maken dat een brouwerij alleen zo mag heten als hij eigen ketels heeft. Er is zelfs een café waar naar ik begrepen geen bier te verkrijgen is van een bedrijf zonder eigen ketels.

Zelf ben ik meer van de rekkelijken. Voor mij maken brouwerijhuurders onderdeel uit van een prachtige ontwikkeling op biergebied. Daarbij zie je vaak dat bij huurders die een tijdje bezig zijn het bloed gaat kriebelen en men op zoek gaat naar een mogelijkheid om zelf een brouwinstallatie aan te schaffen en alles in eigen huis te hebben. Op die manier dragen ze bij aan een verdere ontwikkeling van ons bierlandschap en dat kan ik alleen maar toejuichen. Met etikettenplakkers (doe mij een Tripel, dan plak ik er een etiket op) heb ik minder, maar kom er maar eens achter wie dat zijn?

Tenslotte zal menig bierliefhebber die ook wel eens een boek leest het zweet in de handen staan en zal hij branden van nieuwsgierigheid. Want een eerder genoemde bierhandelaar schrijft niet alleen blogs, maar heeft ook weer eens een heus boek geschreven. Waar dat boek over zal gaan? Kenners vermoeden dat het iets met bier te maken zal hebben, maar dat is ook het enige. Dus kijken we reikhalzend uit welke wonder van hedendaags proza tot ons zal komen. En nemen we ondertussen maar een biertje. Ik in elk geval wel. Proost.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten